Oude Scholbox in een nieuwe Noordzee

Algemeen

IJMUIDEN – De Scholbox heeft niet opgeleverd wat oorspronkelijk was verwacht: de scholvangst en het bestand aan volwassen schol nam af in plaats van toe. In opdracht van de Europese Commissie is de daar onderzoek naar gedaan. Vrijdag 26 maart hebben onderzoekers de resultaten aan de visserij en andere betrokkenen gepresenteerd. Floor Quirijns en Adriaan Rijnsdorp van IMARES vatten het onderzoek samen.

Illustratie: schets van het proces dat waarschijnlijk heeft plaatsgevonden in en om de Scholbox. Door toename van de watertemperatuur en afname van de voedselbeschikbaarheid, vluchtte jonge schol naar kouder water, buiten de Scholbox. Daar kwam bij dat schol langzamer ging groeien, waardoor ze langer ondermaats bleef. Zo bleef ondermaatse schol langer kwetsbaar voor de visserij dan voorheen. (Met dank aan Marieke Verweij voor delen van de illustratie.)De Scholbox werd in 1989 ingesteld om de bijvangst van ondermaatse schol te verminderen en zo het bestand aan volwassen vis te verhogen en daarmee ook de vangstmogelijkheden voor de visserij. Geheel tegen de verwachtingen in zijn de vangstmogelijkheden sinds 1989 sterk afgenomen. De grote vraag is of deze teleurstellende ontwikkeling een gevolg is van de instelling van de Scholbox of van andere ontwikkelingen zoals bijvoorbeeld klimaatverandering of verminderde voedselbeschikbaarheid.

In opdracht van de Europese Commissie heeft IMARES samen met Duitse en Deense onderzoekers de effectiviteit van de Scholbox als visserijbeheersmaatregel bestudeerd. Vooraf was al duidelijk dat de rol van de Scholbox in de afname van de scholstand niet onomstotelijk bewezen zou kunnen worden. Het grote aantal factoren die de productiviteit van schol bepalen bemoeilijkt dat. Bovendien was de sluiting niet opgezet als een wetenschappelijk experiment waarbij beviste met niet-beviste gebieden vergeleken konden worden.

Minder bescherming
Ligging van de Scholbox.De belangrijkste oorzaken voor het feit dat de Scholbox niet heeft opgeleverd wat was verwacht zijn: een verandering in de verspreiding, een langzamere groei van jonge schol en de afname in de hoeveelheid jonge schol die geboren werd. Ondermaatse schol trekt eerder en verder weg van de kust, de Scholbox uit. Dit vermindert het beschermende effect van de Scholbox: het deel van alle ondermaatse schol dat zich in de Scholbox bevond, nam af van 90% in 1995 tot slechts 25% in 2007. Ook nam de groeisnelheid af, waardoor schol langer ondermaats blijft. Deze factoren samen hebben er toe geleid dat het bestand aan volwassen vis niet toenam en het vangstsucces ook niet hoger werd.

Wat veroorzaakte de verandering in de verspreiding en de afname in de groeisnelheid? Kwam dat door de instelling van de Scholbox? Dat is een vraag waar de onderzoekers een antwoord op wilden vinden.

De verspreiding van schol is waarschijnlijk veranderd door een combinatie van een hogere watertemperatuur en een lagere voedselbeschikbaarheid. Bij hogere temperaturen heeft vis meer voedsel nodig, omdat de stofwisseling dan sneller gaat. Als er onvoldoende voedsel is om aan die hogere voedselbehoefte te voldoen, zal een vis naar koeler water trekken om te kunnen blijven groeien. Sinds 1989 is de watertemperatuur gestegen en in de tweede helft van de jaren negentig is zowel binnen als buiten de Scholbox de hoeveelheid bodemdieren afgenomen. De bestandsopnamen laten zien dat schol in de tweede helft van de jaren negentig gemiddeld in koeler water voorkwam.

Sommige vissers stellen dat de verandering in de verspreiding van jonge schol is veroorzaakt doordat er minder gevist wordt in de Scholbox. Zij redeneren dat minder bodemomwoeling leidt tot minder voedsel voor vissen. Hierdoor zou schol wegvluchten uit de Scholbox naar gebieden waar dankzij de visserij meer voedsel te vinden is. Deze verklaring werd niet ondersteund door de gegevens over bodemdieren (dus: het voedsel): het bleek dat zowel binnen als buiten de Scholbox de hoeveelheid voedsel is afgenomen. Hiermee is niet gezegd dat de hypothese over het verminderde vissen onjuist is. Het kan zijn dat het effect ervan wegvalt in de natuurlijke variaties.

Beslissen
De conclusie van de onderzoekers is dat het meest waarschijnlijk is dat de afname van voedselbeschikbaarheid en toename van de watertemperatuur ertoe hebben geleid dat de Scholbox niet het gewenste effect had. Zij hebben de uitkomsten van hun analyses naar de Europese Commissie gestuurd, die nu moet beslissen wat er met de Scholbox zal gebeuren.