Tweede Kamer, Onze Visserij, Landsadvocaat, ministers Adema en Van der Wal

Debat over bestaand gebruik houdt aan

DEN HAAG – Het kabinet houdt vast aan de stelling dat garnalenvisserij geen bestaand gebruik is. In de Tweede Kamer wordt nog een poging ondernomen om garnalenvisserij in beheerplannen en bij toetsing van vergunningaanvragen alsnog aan te merken als bestaand gebruik, waardoor vergunningen om in Natura 2000-wateren op garnalen te mogen vissen automatisch verlengd kunnen worden.


De SGP en meer Kamerfracties willen voorkomen dat ook de Nederlandse garnalenvissers het slachtoffer worden van onrealistische stikstofregels. Middels een motie wil SGP-Kamerlid Roelof Bisschop er bij de regering op aandringen om, met een beroep op vergunningen uit het verleden, bij de toetsing van vergunningaanvragen de garnalenvisserij aan te merken als ‘bestaand gebruik’. ,,Zo kan worden voorkomen dat deze vissers een voor een omvallen.''

Door de stikstofregels krijgen de vissers geen vergunningen meer, tenzij ze binnen een paar maanden een peperdure katalysator aanschaffen. De circa 200 kotters moeten daardoor noodgedwongen aan de wal blijven. Bisschop: ,,Het kan niet zo zijn dat de duizenden zeeschepen op de Noordzee geen strobreed in de weggelegd wordt, terwijl de tweehonderd kleine garnalenkotters het moeten bezuren. Een garnalenkotter stoot veel minder stikstof uit dan een zeeschip. De toekomst van honderden vissers staat op het spel. Vissers worden beoordeeld alsof ze nog nooit op de Noordzee en de Waddenzee hebben gevist. Niets is minder waar.’’

Bisschop was voornemens in maart mede namens PVV en BBB de motie in te dienen om de garnalenvisserij zoveel mogelijk aan te merken als bestaand gebruik, maar hield deze in afwachting van een serie aanvullende Kamervragen aan. Antwoorden op de Kamervragen – ook ingediend namens coalitiepartijen VVD, CDA en ChristenUnie – kwamen half mei. In die antwoorden van minister Van der Wal-Zeggelink (mede namens Piet Adema) wordt opgemerkt dat garnalenvisserij al tientallen jaren niet wordt aangemerkt als bestaand gebruik en dat de zaak juridisch uiterst complex is. Na advies van de Landsadvocaat – waarin zo te lezen op grond van oude vergunningen wel een openingetje wordt geboden – blijft het kabinet op het standpunt dat garnalenvisserij niet als bestaand gebruik gezien kan worden en dus vergunningsplichtig is.

Na de teleurstellende antwoorden zou Bisschop zijn motie afgelopen dinsdagmiddag opnieuw in stemming laten brengen. Bij aanvang van de plenaire vergadering van de Tweede Kamer vond Bisschop het echter wijs om de motie toch nog langer aan te houden. Waarom? Vooraf werd duidelijk dat coalitiepartijen deze motie niet zouden ondersteunen; op het laatste moment doet de VVD nog een voorstel tot wijziging van de tekst. Daarover vindt dus nog overleg plaats. Wordt vervolgd.


Onze Visserij

Op 6 maart bezorgde de Groep Onze Visserij op Paleis Noordeinde een door honderden sectorgenoten en aanverwante bedrijven ondertekende brandbrief aan Zijn Majesteit de Koning. De koning heeft LNV-minister Piet Adema verzocht te reageren. Twee weken terug ontving initiatiefnemer Evert de Blok een brief van de minister.

Mede namens de minister voor Natuur en Stikstof schrijft Adema over het onderwerp bestaand gebruik: ,,De discussie over de vraag of de garnalenvisserij bestaand gebruik is speelt al meerdere jaren. U geeft aan dat de garnalenvisserij al decennialang bestaat en daarmee kan worden aangetoond dat het een bestaande activiteit betreft met daarom ook bestaande rechten binnen de beschermde natuurgebieden. Echter, de garnalenvisserij wijzigt onder andere in omvang en beschikbaar visgebied steeds en wordt daarom al jarenlang consistent aangemerkt als een activiteit waarvoor steeds opnieuw een beoordeling op de effecten op de beschermde natuur moet plaatsvinden. De garnalenvisserij wordt dus al geruime tijd niet als bestaand gebruik aangemerkt. Vorig jaar is de discussie over bestaand gebruik opnieuw gevoerd in de context van de in te dienen aanvragen voor een natuurvergunning. Naar aanleiding van deze gesprekken heb ik, na afstemming met de vertegenwoordigers van de garnalensector, de Landsadvocaat om advies gevraagd. Afgelopen najaar heeft de minister voor Natuur en Stikstof dit advies ontvangen met de conclusie dat de Landsadvocaat adviseert de garnalenvisserij niet als ‘bestaand gebruik’ aan te merken. Het kabinet heeft dit advies overgenomen.’’

,,Uitermate teleurgesteld’’, reageert visserijondernemer De Blok (SL 2, SL 49) op de reactie van Adema. ,,De minister wil het beleid ongewijzigd voortzetten. Ook al komt de hele sector in opstand, ze bewegen gewoon geen moer. De landsadvocaat gaf als mogelijke uitweg het inzien van de historische vergunningen. Daar hebben we er tientallen van ingeleverd bij LNV. De minister herhaalt echter gewoon het oude standpunt. We doen wat ze vragen en toch worden we compleet genegeerd. Ongelooflijk!’’

De Blok zet zich er ook voor in dat collega-garnalenvissers die niet in staat zijn om te investeren in een katalysator of nieuwe motor - en feitelijk van hun vertrouwde visgronden verdreven worden en dus gedwongen moeten stoppen - financieel gecompenseerd worden. Desnoods via de rechter.


Reactie Adema

Adema schrijft overigens met respect en waardering over de vissers en hun gezinnen en toont begrip voor de zorgen en onzekerheden. ,,Voorop staat dat in Nederland ruimte moet blijven voor een economisch rendabele en duurzame visserij die in balans opereert met de natuur.''

De ondersteuningspakketten vanuit LNV (voornamelijk uit het Brexit-fonds) worden door Adema opgesomd, en meegedeeld wordt dat er gewerkt wordt aan een subsidieregeling voor brandstofbesparing. 

Tegelijk wordt opgemerkt dat in het licht van Europees beleid en veranderende geopolitieke verhoudingen voedselvoorziening uit met name de Noordzee niet langer vanzelfsprekend is en Adema deze voedselvoorziening wel wil borgen. Daarvoor wordt gewerkt aan een Visie Voedsel uit de Noordzee en grote wateren met een volgens de minister belangrijke rol voor de visserij. Adema schrijft dat de sector echter ook ‘tegen grenzen van natuur, klimaat en ruimte’ aanloopt. ,,Ik zie een toekomst voor een meer duurzame, economisch rendabele visserijvloot die weliswaar kleiner in omvang zal zijn, maar er wel voor zorgt dat onze visserijgemeenschappen levend zijn en de keten is toegerust op een toekomstbestendige vloot. Een sector die bijdraagt aan een duurzame voedselvoorziening. Dit maakt dat we nu moeten inzetten op een verandering. Dat is geen eenvoudige weg, maar wel de enige begaanbare weg. Dit zal ik samen met de sector doen en de sector hierin ook ondersteunen’’, aldus Adema.