Rechtbank buigt zich over (verlopen) Vlaamse natuurvergunning

Geharrewar over garnalenvisserij

GRONINGEN – Vijf jaar geleden kregen Belgische garnalenvissers een natuurvergunning van de Nederlandse overheid om in Natura 2000-wateren langs de Nederlandse kust te mogen vissen. Vier milieuorganisaties waren het daar niet mee eens en willen via de rechtbank een verbod afdwingen. De vergunning is inmiddels verlopen, de rechtszaak diende afgelopen dinsdag.


Conform het Benelux-verdrag mogen Belgische en Nederlandse vissers in elkaars wateren vissen. 

Om in Natura 2000-wateren (Westerschelde, Vlakte van de Raan, Voordelta, Noordzeekustzone) te vissen hebben de Belgen net zoals hun Nederlandse collega’s nog een Wnb-vergunning nodig. Die werd in mei 2018 aan de Belgische vissers afgegeven.

De natuurorganisaties – Waddenvereniging, Natuurmonumenten, Stichting De Noordzee en het Wereldnatuurfonds - vinden de ecologische onderbouwing van de Wnb-vergunning onvoldoende en spreken over extra (Belgische) visserijdruk in (door Nederlandse vissers) al intensief beviste Natura 200-wateren. Vorig najaar ging de geplande rechtszaak niet door omdat de Belgische vissers zelf hun tot 31 december 2022 geldige vergunning voortijdig inleverden. De natuurorganisaties voerden daarop aan dat zij alsnog een procesbelang hebben.

Vorige maand dienden 15 natuurorganisaties bij het ministerie van LNV een handhavingsverzoek in om Nederlandse garnalenvisserij niet te gedogen vanwege wetenschappelijke twijfel over de impact van bodemberoering door garnalentuigen. Formeel staan de zaken los van elkaar. Maar het oordeel van de rechtbank in de Belgische zaak kan wel degelijk gevolgen hebben voor de Nederlandse collega’s.


De discussie dinsdag in Groningen ging niet alleen over bodemberoering (vooral over de positieve gevolgen daarvan voor mesheften, wat de natuurorganisaties als schadelijk voor de biodiversiteit zien), maar ook over bijvangst van (beschermde) fint en vermeende verstoring van zwarte zee-eenden door garnalenvissers. Opgemerkt moet worden dat die eenden juist weer profiteren van mesheften als hun lievelingskostje.

Juridisch adviseur en bioloog mr.drs. Bert Keus (de opsteller van de Nederlandse Passende Beoordeling die met een korte aanvulling voor de Belgische Wnb-vergunningaanvraag is gebruikt) reageert na afloop van de zitting niet ontevreden. Samen met directeur Emiel Brouckaert van de Rederscentrale werd bij herhaling door hem benadrukt dat garnalenvisserij als bestaand gebruik gezien moet worden en dus geen natuurvergunning nodig heeft zolang de activiteit niet toeneemt.


De rechtbank doet over circa zes weken uitspraak.