Afbeelding
Paul Einerhand

Debatten in Pakhuis De Zwijger over ‘de maaltijd van morgen’

Is de tijd van polariseren voorbij?

AMSTERDAM - ,,We doen het heel goed qua duurzaamheid”, oordeelde desgevraagd Michelle Boonstra namens Good Fish (de maker van de Viswijzer) op 22 december tijdens een symposium in Amsterdam. Deze opmerking drong zich nadrukkelijk aan mij op na lezen van het artikel op de voorpagina van de Visserijnieuws van 6 januari over de nieuwe smoel die de MDV 2 aan de Noordzeevis wil geven. Is de tijd van polariseren, de tijd dat milieubeweging en visserij lijnrecht tegenover elkaar stonden of leken te staan, voorbij?


Het Amsterdamse debatcentrum Pakhuis De Zwijger organiseert sedert 2021 een serie minisymposia onder de titel “De Maaltijd van Morgen”, waarin de voedselproductie van nu en ons voedingspatroon van morgen worden besproken met de voedselvisie 2050 als uitgangspunt. Deze visie is ontwikkeld door een team van voedseldenkers, onder leiding van Wageningen Universiteit.

Op die 22 december stond de visserij van morgen, ofwel het concept van de MDV 2 met schipper Hendrik Kramer centraal in een debat met deelnemers van het ministerie van LNV, Good Fish, Wageningen Marine Research (Nathalie Steins), de provincie Noord Holland en een restauranteigenaar. Deze maaltijd van morgen bleek een passende titel mee gekregen te hebben: ‘Boter bij de Vis’. Want zoals Kramer duidelijk maakte is de bottleneck bij vis met een toegevoegde waarde zoals duurzaamheid en kwaliteit dat deze vis wordt geveild samen met de bulk van dezelfde soorten, waardoor de hogere kosten die de visser maakt niet worden gewaardeerd.


Noordzeevis onzichtbaar

Deze kwestie speelt tenminste sedert de vroege jaren '90 en werd meermalen door Visserijnieuws onder de aandacht van de lezers gebracht. Ook dit symposium bracht de oplossing van dit probleem niet dichterbij, hoewel het door Vlaamse reders ontwikkelde Valduvis-concept dankzij interventie van publiek in de zaal nadrukkelijk aandacht kreeg als voorbeeld van een ‘tool’ die duurzaamheid een waardering in euro’s kan geven.

In het Visserijnieuws-artikel dat voor mij aanleiding vormde te reageren wordt ook melding gemaakt van de lancering van het label Wild 'n Zilt. Een goed initiatief, en inderdaad zullen meer vissers samen moeten willen werken met Kramer, maar ook zullen zij lering willen trekken uit eerdere initiatieven die gelanceerd werden en zich niet duurzaam in de markt konden handhaven na een veelbelovende start. Ook werd gewezen op de kansen geboden door vele lokale initiatieven van tuinders en boeren die direct aan de consument leveren. Kijk hoe je mee kunt doen en probeer geen eigen wiel uit te vinden.

Een ander probleem dat Kramer nadrukkelijk naar voren bracht is de onzichtbaarheid van Noordzeevis op de kaart van de Amsterdamse restaurants en in de uitstalkast van de vishandel. Gamba’s uit Azië, tonijn en gekweekte zalm zie je op alle kaarten, maar waar kom je tong tegen of schol, of kabeljauw? Je moet dan naar een specialiteitenrestaurant of daar in de vishandel nadrukkelijk om vragen. Ja, daarin stemden panelleden wel overeen. Als consumenten keer op keer vragen naar duurzaam gevangen vis en naar de herkomst, dan komen we er op den duur wel uit. Maar of dat snel genoeg is om de MDV 2 rendabel te doen vissen…

Goed op weg

In de zaal zitten tachtig tot honderd belangstellenden; een zeer gevarieerd publiek van consumenten, vishandelaars, verwerkers, vertegenwoordigers van ngo’s en enkele onderzoekers. Wat mij bovenal opviel tijdens dit symposium was de kennelijk niet weersproken overeenstemming tussen deelnemers aan het panel en publiek dat de Nederlandse visserij goed op weg is naar duurzaamheid, doordat quota worden gerespecteerd en met verstand en een oog op het milieu wordt gevist.

Boonstra stelt al tijdens haar introductie door de gespreksleider klip en klaar dat de Nederlandse vissers het qua duurzaamheid heel goed doen, en ze refereert aan visbestanden, opvolgen van regels en afspraken, de wil om te innoveren. Natuurlijk is alleen vis die de Viswijzer groen aanvinkt te beschouwen als duurzaam, maar later in het gesprek legt ze uit dat Good Fish ook heel goed wil luisteren naar de argumenten van vissers en mee wil denken over manieren om de lijst groener te maken.

Ook voor haar organisatie is het erg vervelend dat de manier waarop we in Nederland aanvoeren, via de veilingen, het nu nog vrijwel onmogelijk maakt om duurzamer opgeviste tong of schol te onderscheiden van de bulk die wordt aangevoerd.

Nathalie Steins merkt onder meer op dat de innovatie van de vloot, als gevolg van het Europese pulsverbod, gestagneerd is. ,,Het is alsof je een Tesla reed en nu weer terug moet naar je oude diesel.” En met dit citaat hadden we ook een kop boven dit verhaal kunnen maken.

Adviseur visserijbeleid Lieke Berkenbosch van LNV vult aan dat het Visserij Innovatie Netwerk zeer veel aandacht heeft voor aspecten van duurzaamheid, waaronder ook nadrukkelijk de voedselzekerheid voor wat betreft de beschikbaarheid van Noordzeevis voor de Nederlandse bevolking. Vis moet een belangrijke rol gaan spelen in wat beleidsmakers de eiwittransitie noemen. Eiwitten uit vis zijn duurzamer dan eiwitten uit vlees van zoogdieren en pluimvee.


Wrang

Complimenten dus aan de Nederlandse visserij. Het is, dat denk ik dan, wel wrang dat deze vrede wordt getekend nadat de pulskor werd verboden en er nog geen alternatief voorhanden is, en nadat zoveel kotters worden gesaneerd en zoveel vissers naar ander werk moeten gaan zoeken. Wie weet is hier toch een parallel met de graankorrel, die eerst in de goede aarde moet vallen en sterven, voordat hij opnieuw vrucht kan dragen. Er is altijd een goede reden voor hoop en vertrouwen in de toekomst.


Jan-Willem Henfling

jan-willem@henfling.nl



Dr. J.W. Henfling was directeur van het voormalige RIVO (het latere IMARES en het huidige Wageningen Marine Research).