Investeren door minder Noordzeevis
Visbedrijven moeten verwerkingslijnen aanpassen
ZOETERMEER – De visketen moet steeds meer uitwijken naar substituten om de forse afname van de Noordzeevisaanvoer op te vangen. Daarvoor zijn soms grote investeringen in verwerkingslijnen nodig.
De Visfederatie heeft vorige maand een enquête onder de leden-visverwerkers/handelaren uitgezet om zicht te krijgen op energiekosten, inflatie, arbeidskrapte en visaanbod.
,,Ruim 80 procent van de bedrijven die Noordzeevis verwerken en verhandelen geeft aan dat het aandeel Noordzeevis in de afgelopen drie jaar bij hen is afgenomen. Voor 45 procent van de bedrijven betreft dit een forse afname. De belangrijkste oorzaken zijn de tekorten in de aanvoer en de daarbij behorende instabiliteit en hoge visprijzen. Het grillige patroon dat de aanvoer laat zien draagt ook bij aan een afnemend animo voor het visproduct bij de klant’’, aldus Mike Turenhout van de Visfederatie.
Al enkele jaren is er sprake van een afnemende aanvoer, die dit jaar met wekelijks tientallen kotters voor de kant als gevolg van de hoge brandstofprijzen tot een climax is gekomen. Brexit speelt daarbij volgens de Visfederatie ook een belangrijke rol. En met bijna zestig kotters die aangemeld zijn voor de sanering wordt geen herstel in de aanvoer verwacht.
Turenhout: ,,Bedrijven zijn genoodzaakt om uit te wijken naar substituten om het gat van de Noordzeevis in de bedrijfsvoering op te vullen. Denk hierbij aan de verwerking van andere platvissoorten (Alaska-schol), rondvis, zalm en productgroepen buiten de vis (vegetarisch of kip). Om deze producten te kunnen verwerken zijn bedrijven genoodzaakt te investeren in aanpassingen aan de huidige productieomgeving of in geheel nieuwe verwerkingslijnen. Ook aanpassingen in voedselveiligheidssystemen horen hierbij.’’
De investeringen lopen per bedrijf tussen de tienduizenden euro's tot meerdere miljoenen. ,,Het is duidelijk dat er noodzaak is voor financiering. De Visfederatie gaat alle feiten uit de enquête op een rij zetten en wil vervolgens overleggen met het ministerie in hoeverre BAR-gelden hiervoor ingezet kunnen worden.''