H Beeld van Hector Pena (IMR, Noorwegen) dat het verschil laat zien tussen een echometer (links) en een 360 graden sonar (rechts).
H Beeld van Hector Pena (IMR, Noorwegen) dat het verschil laat zien tussen een echometer (links) en een 360 graden sonar (rechts). martin pastoors

Mooie Nederlandse inbreng op symposium over kleine pelagische vis

Onderzoekssamenwerking

met de visserij blijft verrassen

LISSABON - Lissabon was van 7 tot en met 11 november het decor van een internationaal wetenschappelijk symposium over ‘small pelagic fish’. Bijna 300 experts uit meer dan 30 landen kwamen bij elkaar om kennis uit te wisselen over het onderzoek hiernaar. Dit was het tweede wereldwijde symposium over dit onderwerp, na de eerste die in 2017 op Vancouver Island (Canada) werd gehouden. Martin Pastoors, de Chief Science Officer van de Pelagic Freezer-trawler Association, doet verslag van zijn bevindingen.


,,Als je wilt beschrijven wat er gebeurt in een wetenschappelijk symposium, is het altijd lastig om een begin te vinden. Want feitelijk gebeurt er niet zo veel. Er zijn veel onderzoekers bij elkaar die elkaar vertellen over het onderzoek dat ze hebben gedaan. Maar ondanks dat dat niet bijzonder spannend lijkt, is een dergelijk symposium toch vaak ook de plek waar je veel nieuwe inzichten op kunt doen en contacten kunt maken die voor toekomstig onderzoek heel handig kunnen zijn.

Het overkoepelende thema van het symposium is: kleine pelagische vis. Je kunt je afvragen wat dat eigenlijk is, kleine pelagische vis. Een groot deel van de onderzoekers beschouwt ansjovis en sardien als kleine pelagische vis, maar er is ook een groep die alle pelagische vissen die kleiner zijn dan tonijnen in die groep onderbrengt. Al met al werd er veel gedetailleerd onderzoek naar ansjovis en sardien gepresenteerd, maar toch ook behoorlijk wat onderzoek naar bijvoorbeeld haring, makreel, horsmakreel en blauwe wijting, de soorten die voor de Nederlandse pelagische visserij van groot belang zijn.


Vetgehalte in haring

Bij de opening van het symposium heb ik een verhaal gehouden over de onderzoekssamenwerking waar we als pelagische sector in Europa nu al een flink aantal jaren aan trekken. Voor een publiek dat toch vooral bestaat uit onderzoekers die bij universiteiten of overheidsinstanties werken lijkt dat toch elke keer een eye-opener te zijn; dat je ook samen met de visserij onderzoek kunt doen en dat de kennis van vissers een belangrijke meerwaarde kan hebben. Doordat dit verhaal aan het begin van het symposium werd gehouden heeft de onderzoekssamenwerking een belangrijke rol gekregen in het symposium en werd er vaak naar verwezen.

Vanuit de betrokkenheid van de Nederlandse pelagische sector of onderzoek waren er onder andere presentaties over de intrek van haring in de Waddenzee (Margot Maathuis), over het gebruik van akoestische data van de pelagische vloot (Benoit Berges), over het gebruik van self-sampling gegevens (Martin Pastoors, Katie Brigden), over bestandsopnames met trawlers (Steve Mackinson) en over de ontwikkelingen in vetgehalte van haring en makreel (Susan Kenyon). Susan hield een prachtig verhaal over de ontwikkeling in vetgehalte van maatjesharing, de haringen die voor het eerst mee gaan doen met de voortplanting. Al met al was het een mooie inbreng vanuit Nederland.


Sonars en echoloden

Op het symposium werd ook een doorbraak gepresenteerd waar we al langere tijd op wachten. Hector Pena, een Chileense onderzoeker maar al lange tijd werkzaam in Noorwegen en een kei op het gebied van akoestiek, liet zien dat het nu mogelijk is om akoestische gegevens van de Simrad-sonarapparatuur op te slaan en te analyseren. Akoestische opnames met echometers kunnen natuurlijk al lange tijd worden gedaan en die zijn van het schip loodrecht naar beneden. Daarop kun je zien welke vis onder het schip zwemt. Maar opnames met sonars is echt nieuw. Sonars ‘luisteren’ 360 graden rondom het schip en kunnen daarmee ook de vis waarnemen die voor, naast of achter het schip zwemt.

Hector liet zien dat je door de sonar samen met echometers te gebruiken een inschatting kunt maken van de hoeveelheid vis die wegzwemt van een naderend schip. Dat is natuurlijk heel belangrijk voor akoestische bestandsopnames. Verschillende schippers in de pelagische vloot hebben in het verleden al gevraagd naar de mogelijkheden om sonargegevens te kunnen gebruiken voor onderzoek en dat lijkt nu binnen handbereik te komen.

Claus Sparrevohn, onderzoeker bij de Deense pelagische industrie, liet een mooi onderzoek zien waarbij ze merkexperimenten hebben uitgevoerd op zandspiering en dat een behoorlijk goed inzicht lijkt te geven hoe zandspieringen toch behoorlijke afstanden af kunnen leggen tussen de verschillende banken.


Betrokkenheid

De sociale component van het onderzoek naar vis en visserij kwam relatief minder uit de verf op het symposium. En dat terwijl er natuurlijk ook belangrijke vragen zijn over de sociale, economische en voedselzekerheids-aspecten van visserij op kleine pelagische vis. Het is te hopen dat deze aspecten bij een mogelijke derde versie van het symposium beter aan de orde zullen komen.


Voor industrie-organisaties zoals de PFA is het belangrijk om actief deel te nemen aan dit soort wetenschappelijke symposia, omdat we daarmee goed onze maatschappelijke betrokkenheid laten zien en voor het voetlicht kunnen brengen hoe we als industrie een belangrijke bijdrage leveren aan het onderzoek. Om die reden heeft de PFA het symposium ook als sponsor ondersteund. Al met al was een bijzonder geslaagd symposium.’’

H Benoit Berges (Wageningen Marine Research) presenteert resultaten van de akoestische dataverzameling door PFA trawlers.
H Opening van het Small Pelagic Fish Symposium door twee van de organisatoren, Ryan Rykaczewski en Ignacio Catalan.
H Martin Pastoors geeft een ‘keynote’ lezing over onderzoekssamenwerking in de pelagische visserij.