Geef a.u.b. duidelijkheid over toekomstperspectief

Urk, 14 december 2021


In het Visserijnieuws van afgelopen week - vrijdag 10 december - was er de aandacht trekkende kop: Geloof in visserijtoekomst, maar wel anders.


Minister Schouten had woorden van deze strekking geuit in de Tweede Kamer. Dit na vragen van Kamerleden of er nog perspectief is voor de visserij. Ook de minister raakt het echt wel, dat vissers hun hoofden laten hangen.


Bruine Bank

Diezelfde week kreeg ik nog een verontrustend appje binnen van een visserman met een pas nieuwe kotter: ‘Moedeloos word je er van, je zal maar 20 jaar zijn en net begonnen’. Dit naar aanleiding van het bericht dat ook de Bruine Bank de Natura 2000 status gekregen heeft. Wat dat op termijn betekent laat zich wel raden.

Maar waarom heeft de minister nog wel geloof in de visserijtoekomst en veel vissers op zee met veel onzekerheden niet meer? Waar zit nu het verschil in beleving tussen de mensen bij het ministerie van LNV en de vissers op zee, de mensen van de praktijk?


Aard en omvang

Geloof in toekomst, dat betekent dus dat de vissers die niet willen stoppen perspectief krijgen, of houden. Maar juist aan dat perspectief ontbreekt het nu. Niet alleen door de vele sluitingen van hun traditionele vangstgebieden door de komst van windmolenparken en van ‘natuurgebieden’. 

Los van de vraag wat er op langere termijn allemaal dicht zou moeten voor de visserij - kaartjes met al die plannen zeggen wat dat betreft genoeg - zijn er nog meer vragen.

Er is gebrek aan duidelijkheid. Immers ook nu bezigde de ministers weer de woorden: Visserij zal wel op een andere manier gaan. 

Woorden van dezelfde strekking als in het Noordzeeakkoord (NZA); de visserij zal naar omvang en aard moeten veranderen. En daar wordt geld voor innovatie beschikbaar gesteld. Geen probleem dan toch, zou je zeggen. We gaan samen werken aan een nieuwe toekomst …


Nieuwe kotters

Maar wat moet er dan veranderen? De Nederlandse vloot kijkt momenteel naar de vernieuwingen in de Belgische vloot. Ook nu stond er weer een nieuwe kotter in het Visserijnieuws. Waarom kan het in België wel en bij ons niet? Willen wij dat ook?

Uiteraard, dat is wat de visserman graag wil. Prachtige mooie kotters, met de nieuwste innovaties qua reductie in brandstof en minder uitstoot. Maar wel met perspectief! Die schepen moeten wel over langere tijd afbetaald worden. 

Innovatie door nieuwe scheepsrompontwerpen, andere motoren en voortstuwingen, minder brandstof, CO2 of stikstofuitstoot. Misschien op termijn wel andere brandstof. Daar zien wij de noodzaak ook best van in.


Tijd ver vooruit

Ook het werken aan minder discards is iets waar de vloot aan werkt, al gaat dat moeizaam. Het is inherent aan de gemengde visserij die wij beoefenen. 

Innovatief, dat is de Nederlandse vloot altijd al geweest. Nieuwe schepen, nieuwe vismethodes, de Nederlandse vloot was altijd vooruitstrevend en liep voorop in Europa. Met de puls misschien zelfs zijn tijd ver vooruit, met alle gevolgen van dien.

Maar is voor bovenstaande dan geld beschikbaar? Tot nu toe kregen we daarvoor steeds nul op het rekest. Ik vrees dat er wat anders met ‘het moet anders’ bedoeld wordt. Iets later lees ik dat er een afspraak is in het NZA dat bij windparken meervoudig ruimtegebruik gestimuleerd wordt. Dat zou ook een mogelijkheid zijn voor de visserij.


Oplossing?

Maar dat is hoogstens een oplossing voor een enkele kleinschalige visser die met passieve tuigen vist. Hoe staat het met het perspectief voor de bodemvisserij? Meer dan 95 procent van de Nederlandse visserij beoefent de sleepnetvisserij. Die mogen echt niet vissen binnen windmolenparken of gesloten ‘natuurgebieden’. 

Of moet juist dat overgrote deel van de vloot helemaal verdwijnen? De teksten in officiële documenten die in Brussel circuleren over het uitfaseren van de bodemberoerende visserij boezemen ons angst aan.


Nu mijn concrete vraag: Is er nog ruimte voor onze typen visserij op lange termijn? Geef daar a.u.b. eens duidelijkheid over, en antwoord op. 

De bedoelingen van EU-politici en ambtenaren plus de vele ngo’s zijn inmiddels al wel een tijdje duidelijk.


Prediker

Ten slotte. De minister haalde Lucas 6 uit de Bijbel aan. Mag ik Prediker 11 aanhalen: “Want gij zult het vinden na vele dagen”. Dat geeft pas echt geloof in de toekomst.


Jacob van Urk,

PO Urk