Afbeelding
Visserijnieuws

Dagboek van een Visserman - Week 20 - 2022

Algemeen

Zelf had ik er al wat van gehoord, maar voor veel van m’n collega’s garnalenvissers kwam de mail van vrijdagmiddag 8 april van de Coöperatieve Visserij Organisatie (CVO), waarin een inspanningsbeperking voor de garnalenvisserij werd aangekondigd, als een verrassing. In het kader van de MSC-certificering van de Nederlandse, Duitse en Deense garnalenvisserij zijn er bepaalde maatregelen afgesproken.

Een van die maatregelen is het instellen van een inspanningsbeperking als de zogeheten LPUE-waarde (hoeveelheid gevangen kilo’s per uur) onder een bepaalde referentiewaarde komt. De LPUE voor maart van dit jaar was 12,82 kg en dit lag onder de referentiewaarde 2 (13,1 kg). Hierdoor gold voor de weken 15 en 16 een maximaal verblijf van 60 uur op zee per week. Voor de Syltvisserij mag er gestapeld worden, zodat er 120 uur achtereen gevist kan worden.

Telefoon piept

In het kader van deze MSC-inspanningsbeperking van 60 uur besluiten wij om maandagmiddag 11 april om 15.00 uur te vertrekken, zodat we in ieder geval drie nachten kunnen vissen. We stomen oost op, richting Juist en Norderney en we maken alvast een planning om de 60 uren zo goed mogelijk te benutten. Visuren of stoomuren maakt in het geval van een urenbeperking wel wat uit en als de visserij zich boven de Oostfriese eilanden concentreert is Norddeich aantrekkelijker om te lossen en te havenen dan Lauwersoog.

Tijdens het stomen naar de visgronden piept de telefoon en komt er een bericht binnen van de Vissersbond. In dit bericht wordt melding gemaakt van een wijziging in het aantal visuren voor de weken 15 en 16, naar aanleiding van een herberekening van de LPUE-waarde over maart van dit jaar. In plaats van 60 uren mag er 72 uur per week gevist worden; voor de Sylt 144 per twee weken.

Deze zogenaamde Syltregeling zorgt later in de week voor wat onrust onder de Duitse garnalenvissers. Via de Duitse visserijvoorman Dirk Sander krijg ik te horen dat de Duitse vissers niet naar binnen willen gaan als de Nederlandse vissers gebruik maken van het stapelen van uren in het kader van de Syltregeling. Ik antwoord Dirk dat ik de zorgen doorgeef aan onze visserijbestuurders (in mijn geval NVB), maar dat deze regeling er nu eenmaal is.

MSC Zoë

Net voordat de nacht invalt zetten we uit oost van de gaspijp, die tussen Juist en Norderney vanaf zee naar het Oostfriese vasteland loopt. We vissen oostnoordoost-in en volgen later een geul die noordwest loopt, door het verkeersscheidingsstelsel, richting de vrije zone. De vangst valt niet tegen; gedurende de nacht 80 tot 100 kilo en ook overdag schraapt het wat door.

Er loopt wat tij, zodat er op de bodem hoogstwaarschijnlijk wat kleur is. De netten zijn ook wat slobbig, wat wel een normaal verschijnsel is in het voorjaar. Verder is het vrij schoon; een enkele krab, wat slangesterren en af en toe nog wat restanten van de MSC Zoë die aan de onderpees of de klossen hangen.

Donderdagochtend hebben we 1.400 kilo in het ruim staan en we besluiten te gaan stomen, omdat we anders met onze uren in de knel komen. We hebben wat extra uren en omdat de prijs van de gasolie op Lauwersoog 15 cent per liter goedkoper is dan in Norddeich besluiten we om te lossen in onze thuishaven en te genieten van een mooi Paasweekend.

De week na Pasen doen we weer hetzelfde als de week ervoor. Vertrek op maandagmiddag 18 april rond 15.00 uur en donderdag voor 15.00 uur weer in een of andere haven. We vissen weer op hetzelfde bestek als de week er voor, maar het beeld is wel wat veranderd. ’s Nachts zijn de vangsten nog wel goed, maar overdag valt het allemaal niet mee. Helder water van de waterlijn tot aan de bodem, zodat de dagvangsten flink tegenvallen.

Sanctiebrieven PO’s

De Duitse collega’s liggen overdag voor anker bij de haven van Norderney en vissen alleen bij de nacht. Ik weet niet hoe het zit met afspraken over het stilliggen bij de verschillende landen. Voor de Nederlandse vissers geldt alleen havenen als stilliggen, en drijven en ankeren als activiteit op zee; voor de Duitse collega’s gelden schijnbaar andere regels.

Ook enkele Nederlandse collega’s hebben een ander soort rekenen geleerd op school dan ik of Alfred. Want sommigen kunnen continue, zonder onderbreking, op zee verkeren, ondanks de urenbeperking van 72 of 144 uur. Er zijn in deze periode van inspanningsbeperking een flink aantal overschrijdingen geweest, zoals ook Durk van Tuinen van de NVB bevestigt. Hierover en over andere zaken is dinsdag 17 mei een CVO-vergadering, waar iedere producentenorganisatie zijn gegevens presenteert. Het plan is dat alle PO’s via de CVO gelijktijdig de sanctiebrieven versturen, met een boete van 100 euro per te veel gevist uur.

Verenigde Staten

Wij vissen gewoon door, ondanks de slechte vangsten overdag, want ik wil graag donderdag binnen zijn omdat m’n vrouw en ik vrijdag 22 april naar de Verenigde Staten vertrekken om onze dochter Janneke te bezoeken die daar al een tijdje woont. We zijn donderdags zo rond de middag binnen en lossen een dikke 1.000 kilo garnalen voor ruim 8 euro per kilo.

Iets meer dan 8.000 euro is nog wel een weekje, maar met de huidige gasolieprijs die tussen de 90 cent en een euro per liter schommelt blijft er weinig van de besomming over. En veel duurder kunnen de garnalen ook niet worden, omdat in dat geval de verkoop van het gepelde product gaat stagneren. Het is mij onduidelijk waarom de gasolie- en dieselprijzen in verhouding met de ruwe olieprijs zo ontzettend hoog zijn.

Tijdens m’n twee weken van afwezigheid wordt Alfred bijgestaan door Willem, die een flink aantal jaren in de visserij actief is geweest en nu ander werk op zee doet (RWS en Rijksbetonning). Omdat ik weet dat alles in goede handen is bij deze twee, kan ik met een gerust hart vertrekken. Ondanks dat de Covid- regels wereldwijd zijn versoepeld, moeten we nog wel een test doen voordat we het vliegtuig richting Minneapolis kunnen instappen.

Op het vliegveld voel je maar eens weer hoeveel vrijheid wij als vissers eigenlijk hebben, ondanks alle beperkingen die ons in de loop der jaren zijn opgelegd. Controle op controle, paspoort laten zien, door detectiepoortjes, klompen uit, klompen aan; je wordt er bijna gefrustreerd van. Bij aankomst in Amerika word je opnieuw helemaal doorgespit en ondervraagd, maar na een overstap met weer detectiepoortjes en de vraag of ik Amish ben (klompen, zwarte broek en zwarte jas) zijn we eindelijk in ‘the greatest country of the world’.

Het weerzien met onze dochter is natuurlijk hartelijk en na een roadtrip door Colorado, Utah, Arizona en New Mexico met de prachtigste landschappen, weinig water en aardige mensen, komen we tot de conclusie dat Nederland zo gek niet is om in te leven en te wonen. Puissante rijkdom wordt in Amerika afgewisseld met bittere armoede; sociale zekerheid is er niet en de ziektekostenverzekeringen zijn niet voor iedereen beschikbaar. Geen werk, dan ook geen geld. En bijna alles is vele malen duurder dan bij ons. Voor vlees, vis en groente betaal je de hoofdprijs, terwijl fastfood in verhouding lekker goedkoop is. Geen wonder dat obesitas een veel voorkomende aandoening is in dit ‘beloofde land’.

Stikstof en Staghouwer

Terwijl we aan de andere kant van de Atlantische Oceaan zijn, krijg ik intussen wel wat mee van de gebeurtenissen in Nederland. Ik had mij afgemeld voor de bijeenkomst van de NVB voor de vissers van Lauwersoog/Zoutkamp in de visserijschuur van Lammert Bolt (ZK 14) en ook voor de jaarvergadering van Hulp in Nood. In beide vergaderingen ging het voornamelijk over stikstof en de nieuwe Wnb-vergunning, waarover ook op dit moment nog altijd veel onzekerheid is.

Ondanks dat nut en noodzaak van uitstootbeperkende maatregelen door de visserij in twijfel kunnen worden getrokken (in de Waddenzee zelf en de Noordzee is geen sprake van overschrijding van de stikstofdepositie), houdt de Nederlandse overheid vast aan z’n voornemen en zal de visserijsector wel in actie moeten komen, zodat wij ons vak kunnen blijven uitoefenen.

In een brief van de Nederlandse Vissersbond aan de leden wordt uitgelegd welke mogelijkheden er zijn om tot enige reductie te komen en wat de eventuele kosten zijn. Wat de beste oplossing is wordt echter niet aangegeven, omdat het vanuit de overheid nog steeds niet duidelijk is welke criteria gehanteerd zullen worden om te kunnen blijven vissen binnen Natura 2000-gebieden en hoeveel visuren hieraan gekoppeld zijn per schip. De visserijsector heeft om meer duidelijkheid gevraagd, maar de bal wordt steeds teruggekaatst door de verantwoordelijke ministeries.

Het valt mij erg tegen dat minister Henk Staghouwer, die bekend staat als eerlijk en recht door zee, zich al zo snel na z’n aantreden hult in de ‘Haagse mist’, terwijl vissend Nederland behoefte heeft aan eerlijkheid en duidelijkheid, zodat we aan onze toekomst kunnen bouwen. Het is nog geen 1 januari 2023, wanneer er een nieuwe Wnb-vergunning zal moeten zijn, maar de tijd begint wel te dringen, zodat onze vertegenwoordigers en ook wijzelf flink aan de bak moeten.

Flink aan de bak

Flink aan de bak moest ik gelijk nadat we weer thuis waren gekomen na 14 dagen afwezigheid. Voor een jetlag was geen tijd, want de administratie van de afgelopen weken moest worden weggewerkt en om 23.00 uur zondagavond ging het al weer richting Lauwersoog voor een nieuwe visweek.

Om 00.00 uur ging het, nadat de touwen waren los gegooid, de haven uit en richting het Westgat, waar bijna altijd wel een hobbeltje loopt dat het schip heen en weer doet deinen. Het geluid van de motor, de geur van zeewater, de wind om de kop en ook het slingeren van het schip voelen gelijk vertrouwd aan; het is allemaal weer even wat anders dan het hobbelen op een paard door Monument Valley, of het cruisen over Route 66, luisterend naar country music.

Life of a fisherman is the best life there is!

Henk Buitjes, ZK 37

Hobbelen op een paard bij Monument Valley.
Alfred wordt bijgestaan door Willem als mijn vervanger; alles in vertrouwde handen.
Country music, route 66.