Het naderend vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de EU benauwt de visserijsector in Nederland. Ook voor Nederlandse bedrijven met Britse trawlers of kotters gaat de Brexit gepaard met onzekerheid, zorgen en vooral veel vragen.
Het naderend vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de EU benauwt de visserijsector in Nederland. Ook voor Nederlandse bedrijven met Britse trawlers of kotters gaat de Brexit gepaard met onzekerheid, zorgen en vooral veel vragen.

Bijzonder benauwd voor de Brexit

Algemeen

KATWIJK/URK – Gecompliceerde onderhandelingen, extra voorwaarden voor toegang tot belangrijke viswateren, een (nog) groener beleid van een Verenigd Koninkrijk buiten de EU, quotaruilen die in gevaar komen, grote onzekerheid voor visserijbedrijven met vlagkotters. De lijst zorgen van de Nederlandse visserijsector is groot nu de inwoners van het Verenigd Koninkrijk ervoor gekozen hebben om uit de EU te stappen. Brexit (Britain exit) wordt een feit.

Landbouw, inclusief visserij, behoort volgens een rapport van ANB Amro over de Brexit tot de Europese bedrijfstakken die meer dan gemiddeld geraakt worden door een Brexit. De Nederlandse economie als geheel wordt meer geraakt dan die van andere EU-lidstaten, omdat het VK voor Nederland een belangrijkere exportpartner is dan voor het gemiddelde EU-land.

Voor de vissector zal Brexit zeker enorme gevolgen hebben. Het relatief kleine beleidsterrein Visserijbeleid is, in tegenstelling tot veel andere beleidsterreinen, immers volledig EU-beleid. Directeur Pim Visser van VisNed: ,,In de visserij maken we volop gebruik van de belangrijke pijlers binnen de EU: vrij verkeer van personen, goederen en diensten. Wij zijn daarom teleurgesteld over de keuze van het Britse volk.’’

Voor veel bedrijven in de visserij is het allemaal nog erg vers. Directeur Gerard Zwijnenburg van trawlerrederij W. van der Zwan zegt dat er met de collega’s nog geen overleg is geweest over de gevolgen van Brexit. ,,Dat gaan we binnenkort uiteraard wel doen, want het uittreden uit de EU van het VK heeft hoe dan ook een aantal vervelende consequenties.’’ Zwijnenburg wijst daarmee allereerst op de jaarlijkse onderhandelingen met de zogenaamde ‘kuststaten’ over pelagische quota, waarbij straks het VK apart zal moeten aansluiten. ,,Dat wordt er al met al niet overzichtelijker op, en meerdere partijen aan tafel komt het eindresultaat meestal niet ten goede. De EU toont zich ook niet altijd de sterkste onderhandelaar.’’

Ook directeur Diek Parlevliet van Parlevliet & Van der Plas denkt dat het moeilijker wordt. ,,Maar niet onoverkomelijk. We zijn niet in paniek.’’ Parlevliet ziet het bovendien als een reëel scenario dat Schotland, de deelstaat met veruit de grootste visserijsector binnen het VK, zich losweekt van deelstaat Engeland en in de EU blijft. ,,En we hebben toch het meest met Schotland te maken.’’

Kottereigenaar Adrie Vonk (TX 1) maakt zich al wel grote zorgen om Brexit. Beter gezegd: Vonk en zijn zonen op zee zijn er ‘schijtbenauwd’ voor. ,,Ga maar na; tegen de 70 procent van de besomming van ons Texels vlootje komt uit Britse wateren. We zijn er bang voor dat het VK straks zijn eigen plan gaat trekken bij het beleid op de Noordzee. Hoe gaat het straks met de quotaverdeling? Met onze tong? Met onderhandelingen met Noorwegen komen we ook altijd slecht uit. Nee, we zijn er helemaal niet gerust op.’’

Nationalistische stemming
VisNed zet een en ander op een rijtje: ,,Op de Noordzee is nu sprake van twee partijen: de EU en Noorwegen. Na de Brexit zullen er onderhandelingen gestart moeten worden om te komen tot een soortgelijk visserijverdrag tussen de EU en het VK. We zien aan de overeenkomst met Noorwegen hoe gecompliceerd dit kan worden. Neem alleen al de toegang tot elkaars wateren, wat aan de nodige extra voorwaarden is verbonden. We weten allemaal dat de Britse wateren voor onze vloot extreem belangrijke visgebieden hebben, en we merken zeker in de Engelse visserij een duidelijke nationalistische stemming van ‘Save our fish and fishing grounds.’’

Een ander belangrijk aspect zijn de vaststelling van de TAC’s en de Technische Maatregelen. ,,Het is niet uit te sluiten dat het VK dezelfde rol gaat claimen als nu Noorwegen, met een eigen onderhandelingspositie, een eigen aandeel in de TAC’s en voor de eigen wateren andere regelgeving en zwaardere voorwaarden voor vissers van andere landen.’’

En dan is er nog de wetgeving op de terreinen van gesloten gebieden, windparken en dergelijke. ,,Nu is het VK gebonden aan Europese afspraken als Natura 2000, Kaderrichtlijn Marien en Gemeenschappelijk Visserijbeleid. Het VK is op dit gebied echter een van de groenere landen van Europa, dus hoe dat na een Brexit zal gaan laat zich vooralsnog raden.’’ Het is ook ironisch dat de wortels van de gevreesde door de EU opgelegde discardban in het VK liggen, terwijl dat land uit de EU stapt.

Voor Nederland is het VK de partner waarmee jaarlijks verreweg de meeste ruiltransacties worden gedaan, en de relaties met meerdere Britse PO’s zijn dan ook intensief. ,,Als het VK geen onderdeel meer is van de EU zal dat zeer waarschijnlijk ernstige gevolgen hebben. Immers, ruilen tussen bijvoorbeeld Noorwegen en individuele EU-lidstaten is ook een lang gekoesterde wens, maar wordt door betrokken ambtelijke en politieke partijen, waaronder de Europese Commissie, niet gehonoreerd.’’

Speculeren
Voor de Nederlandse reders met een visserijonderneming in het VK zal de Brexit volgens VisNed een periode van grote onzekerheid inluiden. Hoe moeten die hun visserijonderneming continueren in een verenigd Europa waar het VK geen deel meer van uitmaakt?

,,We laten het eerst op ons afkomen’’, zegt kottereigenaar Harmen Koffeman (FD 283), maar dat het gevolgen zal hebben staat ook voor hem vast. De FD 283 is Brits, maar vist vooral in Duits en Deens water. ,,En de toegang tot die wateren zal straks toch anders geregeld moeten worden.’’ Ook voor financiering ziet Koffeman nadelige kanten aan een Brexit.

Directeur Annerieke Vrolijk van rederij Cornelis Vrolijk ziet voorlopig nog geen aanwijzingen voor problemen met de Britse dochteronderneming. Hoewel de Brexit door het grote internationale visserijconcern uiteraard goed in de gaten gehouden wordt vindt ze het moeilijk om een reactie te geven, laat staan om al maatregelen te nemen. ,,Het blijft speculeren zolang je niet weet welke lijn het VK gaat volgen. Een geheel eigen weg? Toch nog in lijn met de EU? Dat moet eerst nog duidelijk worden.’’ Ook volgens Vrolijk zullen zaken als quotaruilen en toegang tot viswateren mogelijk complexer worden. ,,Ik hoop wel dat het bestandsbeheer zoals we dat nu hebben in Europa overeind blijft. We hebben de zaken nu goed voor elkaar, en de bestanden staan er goed voor. Dat vraagt hoe dan ook om samenwerking.’’

Aan tafel
De positie van Schotland verdient speciale aandacht. De Schotten hebben vorig jaar in een referendum besloten onderdeel van het VK te willen blijven. Uit de uitslag van het Brexit-referendum is echter ook gebleken dat ruim zestig procent van de Schotten in de EU wil blijven. Pim Visser: ,,Er wordt over gesproken dat Schotland haar positie binnen het VK wil heroverwegen, om te bezien hoe het wel binnen de EU kan blijven, maar ondertussen roepen de Schotse vissers op tot keiharde onderhandelingen voor een ‘best possible deal’.’’

Voor de visserijorganisaties is het ook allemaal nog vers. In de Europese koepelorganisaties EAPO en Europêche zal op korte termijn overlegd gaan worden hoe met de Brexit omgegaan zal moeten worden. Visser: ,,Dat doen we natuurlijk in eerste instantie met onze Britse zusterorganisaties aan tafel, maar toch ook zonder hen. Want goede collega’s zijn in potentie wellicht concurrenten geworden. Ook blijven we gewoon deelnemen aan regulier gebiedsbeschermingsoverleg in Londen, te beginnen op 22 juli. Om te bezien hoe de vlag er op dat beleidsterrein bij staat.’’

‘Geen last maar profijt’
Voorzitter Johan Nooitgedagt van de Nederlandse Vissersbond vindt dat Brexit een heel duidelijk signaal moet zijn voor Brussel. ,,Het is de eerste keer dat een land de EU verlaat, en dat stemt tot nadenken. Wij zullen vanaf nu moeten werken aan Europa, en niet aan méér Europa. Vissers en boeren hebben recht op concrete voordelen van de Europese samenwerking, maar het EU-Visserijbeleid is voor hen veel te bureaucratisch. Het is tekenend dat het platteland van het VK in meerderheid voor uittreding stemde. Daar zitten de producenten zoals boeren en vissers, die al die regelgeving van de EU heel direct merken. Regels moeten er zijn voor de visserij, maar zo’n discardban, die in beginsel uit het VK kwam met acties van tv-koks. gaat toch veel te ver. Daar komt nog de dreiging van verlies aan visgronden bij.

De les die Nederland uit het Britse referendum moet trekken is dat de stem van de vissers serieus wordt genomen. De navelstreng tussen beleid en vissers breekt. Dat hebben de Britten laten zien. Nu blijkt dat de meeste Britse vissers tegen het EU-lidmaatschap hebben gestemd denken Nederlandse vissers dat een goed voorbeeld goed doet volgen. Bijna tegelijk met het referendum is in de visserij de protestgroep EMK opgericht: Eenheid Maakt Kracht. Een algemeen ongenoegen is in elk geval overduidelijk gebleken. Vissers moeten geen last hebben van Brussel, maar profijt. Ook in hun beleving en beeldvorming. Het beleid moet ook op de werkvloer uitlegbaar zijn; hoe, waarom, wanneer, waar en op welke manier.’’

Schotland
De Schotse Fishermen’s Federation (SFF) zal alles doen wat in haar macht ligt om bij de onderhandelingen de best mogelijke deal te bereiken voor de visserij. Het is volgens de SFF van groot belang dat de Britse overheid en de Schotse overheid heel duidelijk zijn over hun intenties met de visserij, en dat zij nauw moeten samenwerken met de sector, zodat het juiste framework wordt ingezet voor een goede toekomst.

Dat is in het kort de teneur in Schotland, verreweg het belangrijkste deel van het Verenigd Koninkrijk als het om de visserij gaat. Een complicerende factor is dat de vissector misschien wel graag uit de EU stapt, maar dat Schotland in zijn geheel veel meer Europagezind is dan de rest van het VK en er misschien wel een afsplitsing van Engeland voor over heeft om maar in de EU te kunnen blijven. SFF-voorman Bertie Armstrong ziet dat niet zitten. ,,De hele Schotse visserijgemeenschap is het absoluut niet eens met deze pogingen van de Schotse overheid om in de EU te blijven. De uitkomst van het referendum vorige week brengt hoop en ambitie voor de Schotse visserij. Na vele jaren Gemeenschappelijk Visserijbeleid hebben we nu eindelijk de gelegenheid om duurzaam en rationeel het beheer te herstellen door een eigen Exclusive Economic Zone voor de visserij, net als Noorwegen, IJsland en de Faerøer.’’

Andere geluiden temperen de euforie van Armstrong en benadrukken dat het VK om politieke redenen niet net als bijvoorbeeld IJsland zo maar een ring om de visbestanden kan leggen. Ook is er angst dat in onderhandelingen over de afscheiding met de EU visserij-prioriteiten weggeruild zullen worden tegen niet-visserij-prioriteiten. De Britse overheid is immers veel ‘groener’ dan de visserijsector van het land. Over het algemeen leven er aan de overzijde van de Noordzee dezelfde vragen over toegang tot elkaars wateren, quotaverdeling en toegang tot markten en of er nog een referendum komt in Schotland. De nationale visserijorganisatie NFFO vergadert op 12 juli. Er moet in ieder geval een duidelijke, onverdeelde stem komen uit de visserijsector in deze voor iedereen onzekere situatie.

Ondertussen begint men in Ierland ook ongemakkelijk te worden van de Brexit. Het land deelt ongeveer 40 visbestanden met het VK, en zal straks op de Europese Commissie moeten vertrouwen bij onderhandelingen over de quotaverdeling.