Afbeelding
Visserijnieuws

Zegenvissers zoeken steun Tweede Kamer

Algemeen

URK - De PO-Vissersbond/IJsselmeer en gemeente Urk protesteren tegen het plan om het aantal visdagen per zegenrecht te beperken tot slechts twee. Ze hebben een zienswijze ingediend om het bestaansrecht van de enkele overgebleven zegenvissers overeind te houden en vragen steun van de Tweede Kamer voor een alternatief.

LNV-minister Schouten heeft besloten conform een door SGP-kamerlid Bisschop ingediende motie geen generieke reductie door te voeren in de IJsselmeervisserij zolang visstandonderzoek loopt en bestandsschattingen herzien moeten worden. Tegelijk stelt de minister dat ze de best beschikbare wetenschappelijke kennis over de brasemstand niet kan negeren. Dat advies is om geen brasemvisserij meer toe te staan. Daarom wil ze het aantal zegendagen terugbrengen van zeven naar twee en het onderzoek uitbreiden.

De PO-Vissersbond/IJsselmeer vraagt nadrukkelijk steun van de Tweede Kamer om de laatste zegenvissers niet onnodig economisch de nek om te draaien.

Eerst is het aantal zegenrechten teruggebracht naar maximaal 18. Vervolgens is in 2014 het aantal dagen per zegenrecht met 95 procent gekort: van 140 naar zeven. En als het aan de minister ligt worden dat komend najaar nog maar twee dagen. Dat betekent dat nog maar anderhalf procent resteert van het oorspronkelijke zegenrecht. Er zijn in het IJsselmeer en Markermeer nog slechts vier visserijbedrijven actief in de zegenvisserij, waarbij circa 75 procent van de vangst als levende pootvis wordt verkocht.

Benadrukt wordt in de zienswijze dat het voorgestelde wetenschappelijke vangstverbod gebaseerd is op een model om de brasemstand te herstellen. Maar waar dat herstel toe moet leiden in de beide meren is niet bekend. Kortom: een beheersdoel ontbreekt, aldus de PO. En omdat er maar weinig wetenschappelijke informatie bekend is over de brasemstand is het advies ook nog eens extra voorzichtig.

De PO wijst op zwalkend overheidsbeleid. Om het doorzicht in binnenwateren te verbeteren is het jarenlang beleid geweest om de brasem te reduceren. In 2014 is het roer omgegooid en wordt de brasem als schubvis aangemerkt waarvoor herstel nodig is. Vissers zien trouwens ook herstel. Vanaf 2015 is er een bestendig stijgende lijn in de vangsten, zo blijkt uit cijfers van de PO: van 27 naar 201 ton brasem. Voor vissers een bewijs dat de brasem in de lift zit.

De zegenvissers hebben bij het ministerie een eigen alternatief plan ingediend om de brasemstand verder te verbeteren. In dat plan gaan ze terug naar vijf dagen per zegenrecht en wordt er voorlopig uitsluitend gevist op het Markermeer en IJmeer. Graag willen de vissers ook tegen vergoeding mee werken aan het wetenschappelijk onderzoek.