H De laatste vijftien jaar maakte Leen Walhout deel uit van de bemanning van de YE 243. (Foto: W.M. den Heijer)
H De laatste vijftien jaar maakte Leen Walhout deel uit van de bemanning van de YE 243. (Foto: W.M. den Heijer) Willem den Heijer

Van een uienfabriek naar de kotter

Na vijftig jaar vaarwel visserij


VLISSINGEN - Hij is inmiddels 67 en maakte afgelopen week zijn laatste reis met de mesheftenvisser YE 243. Hoewel hij fysiek nog goed uit de voeten kan, zegt Leen Walhout na ruim vijftig jaar vaarwel tegen de visserij.


Leen Walhout, van oorsprong uit Heinkenszand maar al heel lang woonachtig in Vlissingen, begon op 16-jarige leeftijd als matroos op de VLI 28 van Gerard Schroevers.

,,Dat was in 1974 nog een klein kottertje. We visten al wel met kettingmatten. Joos van Belzen was schipper op die 28. Ik denk er nog met plezier aan terug’’, aldus Walhout.

Leen werkte als jonge knul aan de wal in een uienfabriek. Toen-ie verkering kreeg met een jongedame die de dochter was van Gerard Schroevers was het over met de uienfabriek. ,,Ik vond het geweldig aan boord. Indrukwekkend allemaal. In de winter ook nog met de borden op kabeljauw. Er was veel vis en ik verdiende goed”, vertelt Leen lachend.


Prille begin

Enige jaren later kwam Walhout op de VLI 28, de voormalige ARM 4 van Wim van Belzen, te varen. ,,Dat was een grote bokker. Daar heb ik tien jaar op gevaren. In 1988 kwam er een nieuwe VLI 28 in de vaart. Ook een mooie kotter. Daarna nog op kokkels gevist met de YE 78. En in 2006 voor het eerst op scheermessen met de HA 5 en later dus de YE 243. Die visserij op messen heb ik vanaf het prille begin meegemaakt.”

De HA 5 werd door Lenger ingezet voor de visserij op mesheften. Deze voormalige coaster werd later vervangen door de huidige YE 243 ‘Creadan Lady’. 

Binnenkort gaat de YE 243 eerst naar Zwijndrecht (Kooiman) en vervolgens voor een fikse verbouwing naar Stellendam.


W.M. den Heijer

Afbeelding